Een koek met
chocoladedip en een kop koffie zijn de inleiding voor een gesprek met een
werkneemster van de Baanstede. Het is toeval dat we elkaar weer zien. Niets is
gepland, maar het lijkt een mooie gelegenheid om eens terug te kijken naar hoe
het leven voor haar is verlopen.Inmiddels is
ze veertig jaar in dienst en ze herinnert zich nog goed dat ze op 8 augustus
1977 begon te werken bij wat toen De Boerejonker heette.
In de eerste plaats is
ze er heel erg trots op dat ze deze mijlpaal heeft bereikt. Op de ketting die
ze heeft gekregen is duidelijk het getal zichtbaar dat bij het jubileum hoort.
In december zal dit nog uitgebreid worden gevierd. In de
terugblik die we samen bespreken komt een helder beeld naar voren hoe gewerkt
werd en wordt. In gedachte zie ik de menselijke productielijn die wordt
gevormd, waarbij de handelingen zoals dozen klaarzetten en inpakken op elkaar
aansluiten.
Ze behoort tot de mensen die zich hard hebben gemaakt om het
beschermde werk te behouden. In 2014 zat ze ook aan tafel met de andere
activisten en heeft ze nog ingesproken bij de gemeente onder het motto: ‘De
Baanstede moet blijven’. Nog steeds is het voor haar onbegrijpelijk dat er
onvoldoende naar de mensen zelf is geluisterd. In Zaandam
deed ze 10 jaar elektronica en heeft daarna nog 20 jaar op de confectieafdeling
gewerkt.
Dat vond ik erg leuk om te doen, maar doordat deze vestiging werd
gesloten moest ik naar Purmerend’. Hier houdt ze zich bezig met zoete
producten. ‘In september begint het inpakken van de chocolade voor Sinterklaas
en tegen de Kerst beginnen we met de voorbereidingen voor Pasen’.‘Ik heb
altijd met heel veel dankbaarheid gewerkt’. Een zin die zoveel meer zegt dan de
rapporten van deskundigen die hierover schrijven.
De plek waar eens De Boerejonker was gevestigd |
Ze kan het leven ‘behappen’
en dat houdt in dat de situatie qua werken en wonen in balans is. Johanna maakt
zich zorgen over de veranderingen die plaatsvinden. De overheid wil zoveel
mogelijk werknemers van de beschermde omgeving naar het bedrijfsleven brengen. Ze heeft zelf een vast contract. ‘Mensen die
daar heen gaan krijgen een verbintenis voor 3 maanden’. De uitspraak: ‘je bent gauw te oud’, is
symptomatisch voor de hele maatschappij, maar klinkt hier veel ernstiger.
Wijzigingen
die plaatshebben op het gebied van levenssfeer of werk kunnen voor de mensen in
kwestie enorme gevolgen hebben. ‘Alle verandering is voor ons zeer slecht, hoe
halen ze het in hun hoofd’. Beter kan het traject dat de overheid heeft ingezet
niet worden weergegeven. Onzekerheid
is een ingrediƫnt dat we mogen kwalificeren als iets dat bij velen voor
onbalans zorgt, maar hier werkt dat nog veel harder door in de vorm van grote
onrust.
‘De leiding spreekt weinig met de werknemers, ze mogen er niets over
zeggen’. Hier het besef waarom, maar ook het nare gevoel dat je er over je
wordt beslist, zonder dat je daar iets aan kunt doen zijn voelbaar. Johanna gaat
na de vakantie weer ‘met graagte weer aan het werk’. Ze verheugt zich op het
weerzien met de collega’s. Ze is nu 56 jaar en hoopt op een toekomst waarbij
haar baan behouden blijft. Als je die kwijtraakt weet je het niet meer!
Wim Verhoeven
verhoevenkoffiekring@tele2.nl