Ergens op
een bankje zat een robot naast een oude man, die op deze manier een begeleider
bij zich had zodat hij niet kon verdwalen. Zo hadden veel ouderen in feite meer
vrijheid gekregen. Ze konden gewoon op weg gaan met hun elektronische vriendjes
die volgestouwd waren met kunstmatige intelligentie.
Even een
zelfrijdende taxi bestellen of aankopen doen, geen probleem, betalingen en
andere zaken werden allemaal geregeld. De oudjes hoefden alleen maar te roepen
wat ze wilden en het gebeurde. Belasting, administratie of wat dan ook, geen
probleem. Er ontstond
ook een band tussen veel mensen en hun assistenten. Net als in Japan waren ze
gaan geloven dat deze een ziel hadden.
Het werd daarom vrij normaal ze gewoon
te behandelen alsof ze deel uitmaakten van de gemeenschap. Het zou nog enige
tijd duren voor het echt zover was, maar iedereen zag iets ontstaan dat niet
meer kon worden teruggedraaid. De emotionele binding die men langzaam maar
zeker had gekregen met iets dat in feite niet meer dan een machine was had
uiteindelijk bizarre gevolgen.
Dat wil zeggen als je hier goed over nadenkt,
maar dat deden de meesten niet. Af en toe waren er acties als een robot iets
ernstigs overkwam. Zo werd er een overreden door een zelfrijdende auto die niet
goed was afgesteld en dit had onmiddellijk een stille tocht tot gevolg. Mensen
liepen met kaarsjes door de straten. De emotie liep hoog op.
De apparaten
waren inmiddels zo geperfectioneerd dat ze moeilijk waren te onderscheiden van
hun tegenhangers van vlees en bloed. Het had nog enige voeten in de aarde gehad
maar uiteindelijk kregen ze stemrecht. Dat maakte niet zoveel uit want net als
vroeger was het politieke landschap een tombola waarbij de vraag werd gesteld
of de democratie nog wel werkte.
Ook in de tweede kamer, waar enige zetels
reeds bezet waren door digi-politici merkte je nauwelijks verschil. Het
scheelde wel aanmerkelijk in de vergoeding. Dat gold
trouwens voor meer banen die zij uitstekend aankonden. Door deze vervanging van
dure bestuurders en politici begonnen de mensen nog meer van ze te houden.
Er
ontstond een beweging waarbij het tot een intensieve samenwerking tussen de
‘gewone Nederlanders’ en de robots kwam. Op hun beurt wilden deze graag een
humane behandeling en een samenleving waar niet het elkaar bestrijden maar
zorgzaamheid centraal zou staan. Het gevoel
overheerste dat mens een krachtige hulp had gekregen. Men begon liefkozend over
de robots te praten.
Zo werd de reparatie mantelzorg genoemd en de werkplaats
waar dit gebeurde kreeg de naam robo-ziekenhuis. Mens en
machine ware als het ware één geworden, maar zou het daarbij blijven? ( Wordt
vervolgd)
Wim Verhoeven
verhoevenkoffiekring@tele2.nl