vrijdag 15 mei 2020

EEN DISCUSSIE DIE WE ZOUDEN KUNNEN VOEREN


                           
De volgende tekst heb ik vertaald voor  l’ Atelier d’ Ecologie Politique (Atécopol) in Toulouse, een Frans collectief van wetenschappers. Een stuk dat stof tot nadenken geeft. Is het tijd om over een andere herstart na te denken?

De huidige gezondheidscrisis heeft geleidelijk de wereldproductie tot stilstand gebracht. Binnen slechts enkele weken heeft deze mogelijk gemaakt, wat onmogelijk leek. Het losraken van de budgettaire verwurging, een herbeoordeling van dividenden, een verdediging van de welvaartsstaat door hen die hem hadden ontmanteld, onvoorwaardelijke steun voor werknemers geraakt door inkomensverlies en een onverwachte daling in broeikasgasemissies. Maar we horen nu al berichten over enorme economische stimuleringsplannen voor na deze periode van beperking om deze zo snel mogelijk af te sluiten en de weg van economische groei die was onderbroken, te hervatten.


Er zijn twee belangrijke zaken. Ten eerste moet met alle mogelijke middelen getracht worden de mogelijke immense sociale en geopolitieke crisis te limiteren. Ten tweede: we moeten niet zo doorgaan als tot nu toe het geval was. De moeilijkheden die zich in de komende maanden zullen opstapelen betekenen dat er zeker een tijd voor en na covid-19 is. We zullen ‘morgen’ niet meer zo leven als we gisteren deden. Dit scenario voor de toekomst wordt voorbereid maar is nog niet geschreven. De volgende gedachten hebben het doel om de chaos die komt te kanaliseren. Deze overwegingen proberen ook rekening te houden met de huidige verergering van ongelijkheden. Inzake degenen die zijn geïsoleerd, voor hen die hun baan hebben verloren, voor hen die zich moeten blijven blootstellen aan het virus op de werkplek en voor hen die van huis werken.

Tijd voor een inventarisatie
Samen met veel organisaties, de Club van Rome, de socioloog Bruno Latour of een groep intellectuelen die oproepen tot een Covid-19 conferentie, geloven we dat de economische vertraging, veroorzaakt door de crisis de gelegenheid biedt om eindelijk de ecologische problemen aan te pakken die wanneer er niets aan wordt gedaan nog veel meer rampzalige episoden voorspellen. Het zou kunnen dat we nooit meer de gelegenheid krijgen om dit te doen. Dankzij Covid-19 is er een sterke focus gekomen op hoe ons productiesysteem is georganiseerd, waar we echt om geven en vooral de wil om te kiezen voor een andere weg.

Onder de vele voorstellen die naar voren kwamen om van deze crisis een omslagpunt te maken teneinde vrede te sluiten met het complexe systeem dat de aarde is, bevindt zich die van Bruno Latour. Hij stelt voor, dat alvorens wij de productie hervatten, een inventaris maken van wat we waarderen en wat we anderzijds willen stoppen. Dit voorstel kan een leidraad vormen voor de individuele en gelokaliseerde problemen op onze planeet. Het is een oproep om opnieuw uit te vinden hoe we ons socialiseren met de natuur, in plaats van de op onze soort gerichte wijze. 

Echter, vooral is waarschijnlijk een fundamentele herbeoordeling van menselijke activiteiten de enige manier waarop wij kunnen voldoen aan de overeenkomsten van Parijs. Dit omdat de noodzakelijke drastische vermindering van onze broeikasgassen die nodig zijn, niet overeenkomen met het herstel van het huidige businessmodel. Vanuit dit perspectief, moeten we ons afvragen of we weer opnieuw moeten starten, alsof er niets is gebeurd. Zoals luchtvaart, scheepsbouw, auto-industrie, internationale toerisme, intensieve landbouw/veeteelt, digitale industrie en meer in het algemeen ons productiesysteem dat is gebaseerd op de internationale verdeling van arbeid en stimulans voor onbeperkte consumptie. 

Dat betekent niet dat we geen vliegtuigen, schepen, auto’s of zelfs blikjes meer maken, maar dat we ons eerst af moeten vragen: wat is essentieel en maakt ons gelukkig? En wat doet dat niet? Wat maakt het mogelijk voor ons om hier te leven zonder deze mogelijkheid voor mensen die ergens anders wonen en toekomstige generaties in gevaar te brengen. Deze vragen zouden ons er bijvoorbeeld toe kunnen brengen om materiaal-efficiënte auto’s te produceren, die alleen worden gebruikt als er geen vervanging is voor openbaar vervoer. Ook om het gebruik van vliegtuigen te beperken, om de landbouw in synergie met ecosystemen te ondersteunen, om niet langer te accepteren dat onze kleding en medicijnen van de andere kant van de aarde moeten komen, om lokaal geproduceerd voedsel te eten etc. Dit alles kan onderwerp van het debat worden, met in achtneming van de gevolgen van die keuzes voor ons en voor anderen, speciaal voor hen in de wereld die om te overleven op dit ogenblik geheel van buitenlandse productie afhankelijk zijn.

Onszelf sterk maken om het oude niet te hervatten
De covid-19 crisis heeft sommige landen ertoe gedwongen om vele redenen, afgezien van hun internationale klimaatverplichtingen, dringend te bepalen wat hun ‘essentiële activiteiten’ zijn. Sommige bedrijven waarvan de productie als niet-essentieel werd geacht hebben (vrijwillig of niet) tijdelijk omgeschakeld naar het maken van noodzakelijke producten, terwijl anderen hebben getracht om de zaken als gebruikelijk voort te zetten, weer anderen zijn gestopt en vele van de arbeiders die geraakt werden door deze keuzes merkten dat ze hun werk kwijtraakten. Deze splitsing tussen noodzakelijke en niet-noodzakelijke activiteiten is opgelegd zonder controle/inspraak van burgers en kan derhalve niet dienen als een model voor de toekomst. 

Als we gezamenlijk de inventarisatie zoals door Bruno Latour wordt voorgesteld uitvoeren, zouden deze ideeën en ervaringen besproken moeten worden door gebruik te maken van democratische mechanismen. Deze zouden de vorm kunnen krijgen van burger conventies en algemene vergaderingen van diverse grootte. Die moeten het mogelijk maken om de veranderingen die nodig zijn te bespreken en door te zetten teneinde duurzame levensomstandigheden te bereiken.
Deze mechanismen zullen tijd kosten, toch heeft de crisis snelle openbare interventie nodig om faillissementen en werkloosheid te voorkomen. 

Desondanks, zullen sommige onmiddellijke interventies duidelijk zinloos zijn. Wat is bijvoorbeeld het voordeel om de luchtvaartindustrie te steunen als zelfs afgezien van de huidige gezondheidscrisis, het groei traject van luchttransport en de bijbehorende productie van nieuwe vliegtuigen niet duurzaam zijn met betrekking tot onze klimaatdoelen? In plaats van eeuwig de markten geruststellen dat de publieke autoriteiten alle fouten van grote bedrijven zullen goedmaken, inclusief de meest vervuilende en minst noodzakelijke, waarom niet beginnen met heroriëntering van het productiesysteem en richten op essentiële behoeften. Tenminste zou het aan te raden zijn deze noodhulp aan bedrijven en banken aan de voorwaarden te verbinden om tot een werkelijke ecologische transitie te komen. Tegelijkertijd met deze korte termijn interventies kunnen de institutionele condities voor het debat over onze toekomst worden gecreëerd. 

Het creëren van een onvoorwaardelijk basis inkomen (UBI) zou het mogelijk maken om onmiddellijk de economische nood, veroorzaakt door deze crisis en door andere vooralsnog onopgeloste zaken te verlichten. Voorstellen als deze ontstaan over de hele wereld. Niet zomaar een bijkomstig iets, want een mechanisme van dit type kan op de lange termijn bijdragen aan de noodzakelijke transformatie van ons productiesysteem en het verlaten van de op groei gebaseerde economische principes, zoals bijvoorbeeld de stad Amsterdam reeds overweegt. Dit inkomen, per land vast te stellen, kan worden gedistribueerd vanaf het moment dat we beslissen de rijksten te gaan belasten. De financiële levensvatbaarheid van een basis inkomen werd theoretisch een paar jaar geleden gedemonstreerd in Spanje. 

Intussen maken enige bedrijven onfatsoenlijke winsten (Amazon en andere digitale bedrijven) ten koste van hun werknemers terwijl onze lokale detailhandel, onze vrijheden en gezelligheid zijn gedecimeerd. Het belasten van zulke bedrijven zou heel logisch zijn. Belastingen op financiële transacties, die de speculatie op de aandelenmarkt limiteert zou ook gerechtvaardigd zijn.
Misschien kunnen we een overeenkomst voor tien jaar maken. Tien jaar met een basis inkomen teneinde tragedies van baanverlies te voorkomen, samen met een versterking van de publieke service en sociale herverdeling. Tien jaar met afgedekte inkomens, dankzij een herverdeling van de rijkdom zoals is voorgesteld door Thomas Piketty --- en breed gepromoot in de eerste dagen van de epidemie, teneinde sociale stabiliteit te herstellen en de salarisschalen opnieuw vast te stellen zodanig dat rekening wordt gehouden met het sociale nut van iedere baan. 

Tien jaar zonder reizen naar Bali of luxe cruises. Tien jaar om te leren om de voorkeur te geven aan een tomaat uit een tuin dichtbij boven een ribsteak uit Argentinië of nieuwe sneakers in elkaar gezet door lage lonen werkers en verhandeld door een Amazon bemiddelaar om vervolgens door Uber-achtige bedrijven te worden afgeleverd. Vogelgeluiden in plaats van zwermen drones. Tien jaar om eventueel onze nieuwe banen te zoeken en het duurzamer organiseren van onze activiteiten. Tien jaar om alles weer in overeenstemming te brengen met de akkoorden van Parijs, die voor de pandemie iedere dag steeds verder uit beeld raakten en tenslotte ons met de ecologie te verzoenen en de economisch onderdrukten te beschermen. Tien jaar om ons aan te passen en te bepalen wat het volgende is wat we moeten doen.

Dit zijn alleen maar suggesties die verder breed kunnen worden besproken naast wat voor crisis gedreven regeren dan ook. De collectieve psyche zal zonder twijfel door deze crisis worden opgeschud. Er zullen moeilijke momenten komen en andere met vruchtbare nieuwe wensen. Het zou verontrustend zijn als de manier van denken die de ecologische ramp heeft voortgebracht weer onze toekomst beheerst, zoals dit het geval was na de financiële crisis van 2008. Dus, wetenschappers, activisten, politici en belangrijke spelers –  burgers-, laten we de balans opmaken van wat belangrijk voor ons is, laten we de initiatieven delen, laten we ons organiseren op alle niveaus om de politiestaat en een herstel dat zich tegen het ecosysteem richt en dat al vorm krijgt te voorkomen. Dit terwijl we werken of in lockdown zitten, zonder angst voor de toekomst. Laten we niet toestaan dat dit waanzinnige traject naar een hopeloze ramp zich gaat hervatten. 

Laten we een nieuwe institutionele, ecologische en burgerlijke fundering leggen die eindelijk aan iedereen de mogelijkheid biedt te floreren terwijl we onze gemeenschappelijke waarden en die van het leven bewaren.  

Website van Atécopol : atecopol.hypoteses.org

Vertaling : Wim Verhoeven